Bericht uit Zeeland
Hallo Rob,
Vorige week waren Annemieke en ik ‘zomaar’ in Vlissingen beland. We hadden deze spontane trip niet voorbereid, maar ergens in mijn achterhoofd speelde wel de gedachte: dit is toch de geboorteplaats van … Betje Wolff. Aan Bellamy had ik niet eens gedacht. Nou, om Bellamy kun je niet heen, kan ik je vertellen. De Vlissingers zijn maar wat trots op hun patriotse dichter. Vlakbij het museum (het MuZEEum): Café Bellamy! Om de hoek ligt het grootste plein van Vlissingen: het Bellamypark. Iets zei mij dat deze meneer Bellamy hier geboren of gewoond moet hebben. En inderdaad: op nummer 30 is Café De Dichter, gevestigd in het geboortehuis van Bellamy. Niet zo’n lullig klein plaatje zoals op de winkel van Vondel, maar een nette ANWB-plaquette. De eigenaar heeft er nog een buste van Bellamy bij gezet. Ook op de gevel een herdenkingsplaat. Kortom, wie Vlissingen zegt, zegt Bellamy (en vooruit, ook De Ruyter)! En Betje Wolff? Haar geboortehuis is niet meer, maar op de plek waar het gestaan heeft hangt ook een plaat. Dat Betje Vlissingen zo ongeveer is ontvlucht en er (denk ik) geen letter op papier heeft gezet, zullen de Vlissingers wel zijn vergeten. Maar Betje is dan ook niet hun literaire held. Dat is Bellamy!
Ik stuur je de foto’s mee. Het kleine grijze huis is het geboortehuis van Bellamy. Het bruinrode pand met al die witte ramen is de plek waar het geboortehuis van Betje Wolff heeft gestaan. Dit wilde ik je niet onthouden.
Ik heb overigens zojuist de Mengelwerken van Nomsz uitgelezen. Ik vond vooral het laatste werk – Abdallah of het onvolmaakt geluk – interessant. Er zitten denk ik heel wat verwijzingen naar andere schrijvers in verwerkt. De meest in het oog springende knipoog is, denk ik, naar Van Merkens ‘Het nut der tegenspoeden’. Ik moet nog eens zoeken of iemand daar al eens onderzoek naar heeft gedaan.
Groeten,
Ruben